0

Avocado.jpg

Wat is dit?

Dit is een onderzoek naar de creatie en verspreiding van medische propaganda in de hedendaagse mediawereld. De hoofdvraag in dit onderzoek is: hoe moeilijk is het om medische propaganda te verspreiden?. Om dat te onderzoeken hebben we een eigen onwaar nieuwsfeit ontwikkeld, dat we hebben geprobeerd te verspreiden op zo’n manier dat we zo veel mogelijk mensen en media zouden bereiken. Onze deelvragen luiden dan ook: hoe maak je medischepropaganda, hoe presenteer je medische propaganda op een geloofwaardige manier en hoe verspreid je medische propaganda zodat het bereik zo groot mogelijk is.

Hoe maak je medische propaganda?

Om uit te zoeken hoe propaganda wordt gemaakt, hebben we een literatuuronderzoek uitgevoerd naar propagandatechnieken en informatie gezocht over het verspreiden van nieuws over gezondheid op het internet. Daarnaast hebben we verschillende medische websites onderzocht en gekeken naar de manier waarop activisten zoals anti-vaccinatiegroeperingen hun informatie verspreiden. Zo is het internet een geschiktere manier om medische informatie te verspreiden dan via traditionele media, stellen (Backer et al., 1992; Rogers & Storey, 1987).

Het doel van de verspreiding van medische informatie is de houding (attitude) van mensen aan te passen ten opzichte van een - verzonnen - risico om zo het gedrag (behaviour) ook te veranderen. Het is volgens Cassel et al. makkelijker om houding te veranderen op basis van gedrag dan andersom. Aan de andere kant kan een verandering in houding wel een intern effect hebben dat leidt tot ander gedrag (Cassel et al., 1998).

Hoe presenteer je medische propaganda op een geloofwaardige manier?

De informatie die we hebben gevonden, hebben we omgezet in een eigen techniek om een zo geloofwaardig mogelijk informatiemedium op te starten.

Ons onderwerp is afgebakend en tastbaar. Op onze website passen we verschillende propagandatechnieken toe die worden genoemd in het boek Propaganda & persuasion van Jowett en O’Donnell (pp 323-329).

Zo creëren we resonantie bij ons publiek door onze leugen (avocado’s worden verbouwd op een onverantwoordelijke manier) in te passen in de dagelijkse werkelijkheid van het publiek (veel groente wordt op een onverantwoordelijke manier verbouwd). Bovendien is de avocado een groente die de meeste Nederlanders met enige regelmaat eten. Zo sluit het onderwerp nauw aan op de directe leefwereld van het publiek.

Jowett en O’Donnell stellen daarnaast dat het creëren van een zogenaamd betrouwbare bron een belangrijke propagandatechniek is. Daarom hebben we een zo consistent mogelijke stijl aangehouden, en halen we meerdere getuigen aan. De leugen die wij vertellen, namelijk dat avocado’s slecht zijn voor de gezondheid, is voor de leek moeilijk te verifiëren.

Een techniek die hierbij aansluit is ‘de witte lab jas’. Milgram gebruikte deze techniek al in zijn onderzoek naar gehoorzaamheid in de jaren 60 (Milgram, 1963). Proefpersonen werden door een dokter gevraagd om een dodelijke schok toe te dienen aan een ander proefpersoon die eigenlijk een acteur was. De proefpersonen ging veel verder door dan Milgram had verwacht. Dit kwam mede omdat de setting van het onderzoek en de dokter er legitiem uitzagen. Het aanzicht van een witte labjas kan zelfs al de bloeddruk van patiënten doen stijgen.

Onze film, een in scene gezet interview met huisarts Abel Filip Wiegelen, is in diezelfde stijl gemaakt. Dokter Wiegelen vertelt over de medische risico’s die verbonden zijn aan de overmatige consumptie van avocado’s. Door een expert aan het woord te laten, hopen we dat onze boodschap geloofwaardig overkomt.

In eerste instantie was het plan om ook een patiënt op film te zetten, die de klachten zou beschrijven die ze ondervond door de avocadoziekte. Dit is nog een techniek van Jowett en O’Donnell, namelijk het oproepen van emotie. We hopen dat de kijker medelijden krijgt met de patiënt, zich inleeft en op die manier de informatie beter in zich opneemt. Het bleek echter zeer moeilijk om de betreffende actrice in te roosteren, daarom hebben we uiteindelijk gekozen om verschillende verzonnen verhalen te schrijven van ‘patiënten’.  Om deze verhalen zo realistisch mogelijk te laten overkomen, hebben we expres spel- en taalfouten in de tekst verwerkt.

Ook op ons taalgebruik hebben we gelet. Zo proberen we met woorden als ‘steeds meer’ en ‘steeds vaker’ een gevoel van groeiend onbehagen op te roepen bij ons publiek. Daarnaast gebruiken we het woord ‘avocado’ vaak in combinatie met de woorden ‘gevaarlijk’ en ‘ziek’. Bovendien proberen we overdrijving in te zetten als manier om ons publiek in ons gelijk te laten geloven.

Hoe verspreid je medische propaganda?

Het verspreiden van propaganda dient zowel geloofwaardig te zijn als een zo groot mogelijk publiek te bereiken. Om beide doelen te verwezenlijken is het volgens beroepspropagandist, Edward Baynes, essentieel dat de propagandist het bericht indirect, via spreekbuizen, verspreidt. Daarbij maakt het een verschil wie wat zegt. Zo blijkt uit zijn onderzoek dat het publiek vaker berichten vertrouwen van wetenschappers dan van politici. Baynes stelt dat journalisten veruit het belangrijkste medium zijn om berichten en ideeën te verspreiden, omdat zij een betrouwbare reputatie genieten bij het publiek. Hij benadrukt dat een dergelijke verspreidingstechniek enkel effectief is wanneer de boodschap van de propagandist, ten dele, op waarheden berust. Journalisten zijn namelijk op zoek naar feiten en streven naar objectiviteit. Zij zullen daarom minder snel geneigd zijn om berichten klakkeloos over te nemen of bewust onwaarheden te verspreiden.

Desondanks blijken journalisten toch vatbaar voor het zogenoemde ‘nepnieuws’. Een zorgvuldig verkapte leugen in combinatie met tijdsdruk, leidt ertoe dat journalisten zich, onbewust, schuldig maken aan de verspreiding van het zogenoemde nepnieuws. Om die reden kan er gesteld worden dat journalisten een manier vormen om propaganda te verspreiden. Een ander propagandakanaal is het internet. In tegenstelling tot Baynes, stellen vele onderzoekers dat het internet de meest effectieve manier is om moderne propaganda te verspreiden (Backer et al., 1992; Rogers & Storey, 1987). En dan met name via sociale media.

Het grootste voordeel aan sociale media als propagandakanaal is dat je relatief eenvoudig een groot publiek bereikt. Om een groot bereik te generen dient het bericht allereerst op verschillende sociale media gedeeld te worden. Van alle sociale media zijn Facebook, Instagram en Twitter hiervoor het meest geschikt, omdat zij 1) het hoogste aantal gebruikers hebben en 2) berichten eenvoudig worden gedeeld op deze platforms. Ten tweede, moet het bericht het publiek bereiken. Een populaire manier om een groot bereik te genereren zijn softwareprogramma’s die ‘social media bots’ aansturen. Een dergelijke dienst stuurt bijvoorbeeld volgverzoeken aan op Instagram, of plaatst reacties onder berichten op verschillende sociale media. Volgens verschillende onderzoeken zijn social media bots veruit de meest effectieve manier om een groot publiek te bereiken.

Talloze voorbeelden bevestigen de effectiviteit van het sociale media als verspreidingstechniek voor propaganda. Zo gebruiken terroristische organisaties, zoals de Islamitische Staat, met succes sociale media om leden te verzamelen en hun ideeën te verspreiden. Daarnaast wordt nepnieuws op sociale platforms dusdanig snel verspreid en geloofd door gebruikers, dat de Europese Unie zelfs nadenken over eventuele sociale media waakhonden. Kortom, kunnen sociale media een sleutelrol spelen in het verspreiden van propaganda.

 

Conclusie & Discussie

We zijn tegen verschillende moeilijkheden aangelopen tijdens de productie van ons nieuwsfeit. Zo ervoeren we problemen met het verzamelen van royaltyfree materialen en bleek het vergaren van eigengemaakt audiovisueel beeldmateriaal lastig omdat onze acteurs zelf weinig tijd hadden om gefilmd te worden. Daarnaast is filmen weliswaar niet moeilijk, maar goed filmen wel. Het kostte ons zeer grote moeite om de professionaliteit te waarborgen en op die manier betrouwbaar over te komen op het publiek. Onze samenwerking is gecoördineerd verlopen, maar omdat wij allemaal ook naast dit vak veel te doen hadden, hebben we om beurten in groepjes van twee aan de opdracht gewerkt. Zeker betreffende het bouwen van de website kwamen we daardoor af en toe in tijdnood, omdat het lastig is verder te gaan waar de ander is geëindigd.

Deze moeilijkheden hebben gezorgd voor een vertraging in het samenstellen van een geloofwaardig verhaal om over de sociale media te verspreiden. Bovendien heeft geen van ons een actief netwerk van zodanige grootte dat propaganda makkelijk te verspreiden is. Voor de oprichting en zorgvuldige bouw van een goed netwerk zouden we aanzienlijk meer tijd nodig hebben.

Vanuit ons onderzoek naar propaganda zijn wij ons allen zeer bewust van de schadelijke gevolgen voor de betrouwbaarheid van een journalist wanneer uitkomt dat deze bewust of onbewust foutieve informatie heeft verspreid. Als voorbeeld halen wij de cases aan van Trouw-journalist Perdiep Ramesar en Volkskrant-stagiair Geerlof de Mooij. Beiden hebben tijdens hun carrière actief en bewust nepnieuws verspreid, van hen beiden zijn de namen bekend en makkelijk terug te vinden, en geen van hen zal in de toekomst nog worden vertrouwd als journalist.

Gezien het feit dat wij alle drie een toekomstige carrière als journalist voor ogen hebben, zijn wij niet bereid het risico te lopen deze carrière te beëindigen voor hij goed en wel is begonnen. Zodoende durfden wij noch onder onze eigen naam, noch onder een schuilnaam redacties aan te schrijven met ons avocado-nieuws. Overtuigde verspreiders van onjuiste medische informatie, zoals anti-vaccinatiegroeperingen, kennen dit probleem niet, omdat zij hopen dat het doel de middelen heiligt, ofwel omdat zij zelf in de onjuiste informatie geloven.

 

 

AVo1.jpg
Avo2.jpg
Avo3.jpeg
AVo4.jpg
Av05.jpg